
Een van de bekendste, mooiste, meest iconische, meest bewonderde (en meest gekopieerde?) kunstwerken ter wereld is het plafond van de Sixtijnse kapel (1508-1512), door Michelangelo.
Michelangelo maakte zijn fresco aan het plafond van de Sixtijnse kapel in een periode waarin Rome voor het eerst in e e u w e n weer de kunsthoofdstad van Europa was geworden. In deze periode was de paus extreem belangrijk als opdrachtgever: de één na de ander was bezig met het laten bouwen en vervaardigen van kerken, fonteinen, palazzi en kunst. Allemaal wilden zij Rome mooier achter laten dan ze haar hadden aangetroffen.
Met het pontificaat van Paus Julius II kwam dit proces in een stroomversnelling terecht. Julius was sowieso een belangrijke opdrachtgever voor kunstenaars, hij begon met de bouw van de nieuwe Sint Pieter…
Michelangelo was al opgevallen met zijn Pieta, toen hij zijn David maakte. Paus Julius II dacht toen – die moet ik hebben, hij vroeg Michelangelo zijn grafmonument te maken. Michelangelo was daarin eigenlijk vooral geïnteresseerd omdat dat een MEGA project zou worden. Een megalomane, vrijstaande graftombe, in die nieuwe Sint Pieter. Voortvarend ging hij aan de slag.
Concurrentie
Donatello Bramante was de ‘artistiek adviseur’ van de paus en architect van de Sint Pieter. Hij vond het maar niks, die Michelangelo. Concurrentie waar hij niet op zat te wachten, een ongrijpbaar talent. Rare man ook (daar had ie wel een beetje gelijk in). Bramante ondernam stappen om van Michelangelo af te komen. Om te beginnen haalde hij zijn neef Raffaello Santi, die moest maar eens naar Rome komen en zorgde ervoor dat die een grote opdracht aan het hof kreeg. De jonge Rafael zou de privé vertrekken van Julius van een ambitieuze, ingewikkelde fresco-cyclus voorzien.
Dus, de Sint Pieter was in aanbouw én Julius liet nieuwe privé vertrekken inrichten en decoreren, dan was er ook nog het grafmonument. Julius had behalve kunst nog een dure hobby: oorlog.
Bramante en Rafael zag tijdens een diner hun kans schoon. Ze hoorden Julius praten over zijn geldzorgen en gleden samen in zijn DM’s. (NB: Michelangelo was er niet bij die avond want hij was in Carrara om marmer uit te zoeken voor het grafmonument, maar anders was hij er waarschijnlijk ook niet geweest want hij was niet echt van de feestjes).
Bramante en Rafael horen de paus begripvol aan. Jaaaaa, man, alles is duur he? Geld op, lastig lastig lastig. Ja wat doe je er aan he?? WEET JE? Die graftombe van jou? Moet je dat wel willen? Je bent nog zo fit, paus. Ja echt ziet er goed uit man. Brengt ongeluk trouwens he? Om in de BLOEI van je leven aan je graftombe te laten werken…

Terug naar Florence
Lang verhaal kort: Michelangelo kwam terug in Rome en zijn droomopdracht was op de lange baan geschoven. WOE-DEND ging hij terug naar Florence. Bramante was nog niet helemaal veilig, want Julius was nog altijd fan van Michelangelo’s werk. Om hem helemaal onschadelijk kwam Bramante met een vies plan. Het plafond van de Sixtijnse kapel, dat nog van een fresco moest worden voorzien – goed idee als Michelangelo dat zou doen?
Een heel erg goed idee, van Bramante, omdat het een ontzettend slecht idee was. Een fresco maken is waanzinnig moeilijk. Je moet precies het juiste gipsmengsel kunnen maken en je pigmenten op precies de juiste manier, op het juiste moment aanbrengen. Bovendien hebben we het hier over een gewelfd plafond, meters boven de grond. Maandenlang staan zwoegen op een steiger dus, met je hoofd in je nek. En, oh ja. Michelangelo was beeldhouwer. Hij had nog n o o i t een fresco gemaakt.
0 Apostelen
“Nope” – was dan ook zijn eerste reactie. Hij had waarschijnlijk niet heel veel zin om best wel hard te falen. Maar na een uitvoerige briefwisseling ging hij toch overstag. Nee zeggen tegen de paus, altijd lastig. Hoewel… Julius had nog een verzoek, of Michelangelo misschien de apostelen af wilde beelden. Kijk zelf even omhoog als je er bent en begin meteen met tellen: 343 figuren, 0 apostelen.
Alle begin is moeilijk. Vooral als je een fresco van 460 vierkante meter moet maken in de belangrijkste kapel van de christelijke wereld als je dat nog nooit gedaan hebt. Het ging niet helemaal goed met het gipsmengsel en omdat het plafond niet snel genoeg droogde ontstonden er problemen met schimmel. (Laat me je toch even uitleggen hoe dat gaat, zo’n fresco maken: je bestrijkt het plafond eerst met een gipstachtig mengsel waar kalksteen in zit en net voordat die laag droog is schilder je er overheen met een mengsel van pigment en water. De mengsels moeten precies de juiste consistentie hebben, de timing moet precies goed zijn qua drogen en je kunt geen fouten maken).
Michelangelo ontsloeg zijn vier assistenten en ging alleen verder. Hij had toen nog zo’m 300 vierkante meter te gaan, dus hey. Omdat hij niet wilde dat wie dan ook zag wat ie aan het doen was liet hij onder de steiger doeken spannen om het zicht te belemmeren. Toen paus Julius stiekem naar boven wilde klimmen, gaat het verhaal, gooide Michelangelo penselen en kwasten naar beneden. Toen Michelangelo op 1/3 was stond de paus er op dat er een onthullingsmomentje werd ingepland, waarvoor heel Rome uitliep. Michelangelo zag toen, vanaf de grond, dat zijn eerste panelen (met de verhalen van Noah) best een beetje klein waren.

Michelangelo de beeldhouwer
… zo had hij het contract ondertekend. Dat dat wel even duidelijk was. En dát Michelangelo eigenlijk een beeldhouwer was, dat zie je. Michelangelo heeft in de Sixtijnse kapel speciale aandacht geschonken aan vorm. De grote stevige lijven lijken uit het plafond te komen. Het is alsof je ze vast kunt grijpen aan de vetjes op hun heupen. Met mooie licht- en schaduweffecten kneedt Michelangelo de lijven tot plastische levendige vormen. Hier geen zachte, laffe poppetjes maar sterke figuren van vlees (en bloed). Ook bij de aangeklede figuren, de profeten bijvoorbeeld, zie je onder hun kleding een sterk lijf zitten. Lang werd zelfs gezegd dat Michelangelo weliswaar een meester was met vorm, maar in kleur niet zo’n held was. Totdat een groot gedeelte van het plafond eind jaren ’80 gerestaureerd werd. Oh, ok… dat kon hij óók nog…
